Henk Dost 

 

Nr SPI 20-003  Interview   (ex)-Internationaal  speler   Henk Dost

 

Stel jezelf even voor. Wie ben je/ en wat doe je?
Ik ben Henk Dost en heb als internationaal gespeeld van 1974 t/m 1989. In deze periode vervulde ik van 1985-1989 ook de rol van assistent bondscoach en nadien tot en met 2000 de functie van Teammanager van het nationale team. Ik ben gepensioneerd maar nog steeds betrokken bij het volleybal. Weliswaar nu bij het staand als voorzitter van Twente ’05 maar als het nodig is bemoei ik me ook nog met het zitvolleybal
Bij welke club speel je zitvolleybal of heb je gespeeld?
Ik speelde bij De Tubanten en het laatst bij Twente ’05, de club waarin we geïntegreerd zijn als zitvolleyballers.
Waarom en wanneer ben je gaan zitvolleyballen?
In 1963 kreeg ik een ongeluk. Zat onder het zand bij een afgraving. Werd een incomplete dwarsleasie en had daardoor bij onderbenen verlamd en wat functieverlies elders in de benen. In de revalidatieperiode begon ik al weer te sporten. Al snel werd ik lid van de ISV Enschede. In het begin allerlei sporten. Atletiek, tafeltennis, zitvolleybal etc.
Wat is je ervaring  met  zitvolleybal   en  Wat heeft het zitvolleybal je gebracht ?
Ik begon dus direct na mijn handicap al met zitvolleybal. Ik was 14 jaar. Vanaf die tijd heb ik gespeeld en ben bestuurlijk betrokken geweest bij het zitvolleybal zowel bij mijn eigen vereniging als landelijk en internationaal. Vreugde, vriendschap zelfrespect zelfvertrouwen leren van culturen etc.
Je hebt internationale zitvolleybal ervaringen. Waar ben je geweest wat waren jouw  mooiste of bijzondere ontmoetingen ?
Het zijn nogal wat jaartjes geweest. De Paralympics zijn natuurlijk een fantastische ervaring. Ik heb er 6 mee gemaakt.  Arnhem (de 1e) Barcelona en Sydney staan op 1. En maakten de meeste indruk. Daarnaast de internationale ontmoetingen en wereldkampioenschappen. Istfahan (IRAN)  en Las Vegas maar ook Seoel hebben veel indruk gemaakt. Het feit dat je kennis maakt met zoveel culturen (hoewel je er over het algemeen weinig tijd voor hebt) verrijkt je leven.
Om Internationaal te spelen moet er een Classificatie (handicap) keuring plaatsvinden. Hoe ervaar je deze  keuringen en zouden deze moeten veranderen of juist niet ?
Die strijdt is er altijd geweest. Omdat ik niet paste bij de ideeen van de medici, moest ik de eerste keuring al faken. Een dwarsleasie patient pastte niet bij het zitvolleybal. Kreeg doorzit problemen, dachten ze. Maar zitvolleybal is er eigenlijk voor iedereen. Gehandicapt of niet. De beperking zit hem in de functionaliteit. En dan niet welke beperking/handicap heb je maar in: kun je staand niet (meer) volleyballen dan is zitvolleybal de perfecte optie. Meet dus of iemand een beperking heeft. Hoe moeilijk dat ook is. Zo ja dan is deze speelgerechtigd. En vraag je je niet of welke handicap geschikt is om te zitvolleyballen.  Ik begreep dat het gevecht over keuringen er nog steeds is. De artsen (of keuringsfunctionarissen) bepalen niet of het spel voor iemand mogelijk is of niet, maar zij bepalen alleen of er een beperking is en daarmee of men internationaal (met een nationaal team) mee mag doen. Feit. Voor verenigingen die internationaal uitkomen bij kampioenschappen moet iets meer ruimte zijn omdat dat binnen het eigen land misschien ook mogelijk is zoals in Nederland. Daarmee kun je dus afspreken of er ook mensen zonder beperking deel mogen nemen. B.v. 2 per  team. Emancipatorische overwegingen zeggen :  iedereen doet mee!
 Wat denk je dat er nodig is om het zitvolleybal meer te  ontwikkelen in ons land ?
a) meer richten op sporters met blessure ?  Het zal meer een 3 sporen beleid moet zijn.  1. Voor mensen met een beperking is het een ideale sport. Dus richt je op scholen VSO, revalidatiecentra en orthopedische instrumentenmakerijen. 2. Richt je op afvallers bij volleybalverenigingen door blijvende blessures en 3. Zitvolleybal is gewoon leuk en een nieuwe uitdaging.
b) meer richten op wekelijkse publiciteit ?  In de nieuwsbulletins van de NeVoBo vaker aandacht aan besteden in ieder geval. Maak een seminar. Anders wordt het meer gebruik maken van moderne social media. Dat vergt een hoop aandacht door iemand hoor!
c) een landelijk beleidsplan ontwikkelen met ondersteuning aan plaatselijke clubs ?   Dat zal zeker moeten gebeuren. Binnen de huidige Sportakkoorden bij de gemeenten is het speerpunt: Iedereen doet mee en een leven lang sporten. Met de eerder genoemde “speerpunten” zal in het beleid rekening moeten worden gehouden. De NeVoBo moet daarop dus ook inspringen. Een functionaris daarvoor speciaal aanstellen met voldoende uren om ook werkelijk wat te kunnen betekenen. Plan van oprichting maken en begeleiden en daadwerkelijk aanwezig zijn.  Maak het oprichten van een zitvolleybalteam subsidiair! Hetzij vanuit de bond hetzij vanuit de gemeentelijke gedachte.  Geef het handvatten
Zie je zitvolleybal als een Sport voor iedereen of voor een bepaalde doelgroep ?
Zoals al eerder aangegeven is zitvolleybal in feite gewoon een zelfstandige sport. Dus voor iedereen. Maar voor mensen met een beperking ideaal. Zoals in punt 6 al aangegeven: Iedereen doet mee
Indien je niet meer zelf actief speelt , zou je dan voor zitvolleybal iets willen gaan doen?
Als verenigingsbestuurder zeker. Gelukkig zit ik ook bij  de " denktank"  die we hebben opgericht
Heb jezelf nog ideeën hoe het zitvolleybal nationaal of internationaal zich zou moeten ontwikkelen of heb je enkele opmerkingen ? 
Internationaal gaat het eigenlijk al heel goed. Als er na de oprichting nu al meer dan 80 landen actief zijn is dat een fantastisch resultaat. Het zou bijna een olympische sport kunnen zijn. Laat daarom de medici niet bepalen wie deze sport mogen beoefenen. D.w.z. bepalen voor welke handicaps deze sport geschikt is. Geef het vrij.
Nederland is een welvarend land. Dat vindt ook zijn weerslag op het gebied van handicaps. Beperkingen lijken steeds minder voor te komen. Maar Nationaal zou er vanuit de NeVoBo iemand als taak (Fulltime) moeten hebben om iedereen mee te kunnen laten doen. Stel ook de gemeenten in de mogelijkheid hierin iets te betekenen. Ook zij kunnen medewerkers (sportbuurtcoaches) in dienst nemen om aan de stelling “iedereen doet mee” aandacht te besteden. Vanuit de sport zelf: maak oprichting subsidiair. Of de NeVoBo stelt geld beschikbaar of de gemeente zoals al gezegd.

                                              

1980 De eerste grote Internationale prijs
© Copyright ZitvolleybalNederland